Moeten mensen vandaag de dag over andere competenties beschikken dan – pak ‘m beet – honderd jaar geleden? Die vraag is relevant, omdat we als serious games-ontwikkelaars direct te maken hebben met de leerbehoefte van kinderen en volwassenen: we maken games en simulaties die hen in staat stellen bepaalde vaardigheden en inzichten te verwerven. Maar leren we ze ook het juiste aan? Wat hebben mensen nodig om anno 2020 te kunnen ‘overleven.’? Een simulatiegerichte oefening hielp Learning & Development-deskundigen hun gedachten erover te scherpen.
600 jaar geleden, ten tijde van de late middeleeuwen, was het vrij simpel. Leren stond grotendeels gelijk aan reproduceren, variërend van het stampen van rijtjes, tot aan het maken van een meesterproef die werd beoordeeld naar de mate waarin de gezel het vakmanschap van zijn leermeester wist na te bootsen. Pas in de 19e en 20e eeuw kwam er meer aandacht voor het individuele leren, en werd het onderzoeken, uitproberen en fouten maken door de leerling steeds meer gewaardeerd. Het Nieuwe Leren – ook wel het competentiegericht leren – kwam in het begin van de 21e eeuw in zwang, hoewel er de laatste tijd steeds meer bezwaren naar voren komen . En nu, vooruit kijkend naar de decennia die voor ons liggen, is het belangrijk om te kijken wat en hoe we anderen willen helpen zichzelf verder te ontwikkelen.
21st century skills dus: de verzamelnaam voor een bonte verzameling competenties, die mensen in staat moeten stellen in de complexe informatiemaatschappij te kunnen functioneren. Er zijn artikelen over geschreven, websites gemaakt, TedX-talks gehouden. En vanochtend (14 juli 2020) troffen 15 enthousiaste deskundigen op het gebied van leren en ontwikkelen tijdens een internetmeeting.
Met z’n drieën (Dick Krikke van Develhub, Annemarie Rebel van elearningtraining, en ik) organiseerden we een bijeenkomst, waarin we antwoord probeerden te vinden op de vraag: “Wat zijn nu die 21st century skills, en in hoeverre zijn ze daadwerkelijk relevant?” Om het geheel wat concreter te maken kregen de deelnemers de opdracht een missie naar een andere planeet voor te bereiden, en te bepalen over welke competenties de kolonisten moesten beschikken.
In eerste instantie kwamen er vooral competenties naar voren die appelleerden aan ‘soft skills’: kwetsbaarheid, reflectievermogen, open naar anderen, eerlijkheid. Maar naarmate we dieper in de materie doken kwamen ook andere competenties naar voren: ondernemerschap, lef, conflicthantering, en innovatief vermogen. Diverse deelnemers gaven aan dat je niet een geen populatie moet creëren waar iedereen te lief voor elkaar is, en waar mensen het steeds met elkaar eens zijn. Eigenzinnigheid, creativiteit, onafhankelijkheid en durf bleken eigenlijk crucialer te zijn dan collectief denken of omgevingssensitiviteit. Het conflict aan kunnen gaan (maar wel op een constructieve manier) en niet bang zijn om voor tegendraads te worden versleten wonnen steeds meer aan populariteit.
Ik werd er warm van. Waarschijnlijk omdat ik -vanuit mijn achtergrond als kunstenaar- het prettig vind om af en toe te ontregelen, om heilige huisjes omver te gooien, om te prikkelen, om advocaat van de duivel te spelen. Aan de cabaretier Wim Kan werd ooit gevraagd “Bent u nou links of rechts?”, waarop Kan het sublieme antwoord gaf: “Een cabaretier geeft een oorvijg aan een wang die erom vraagt, links en rechts.” Deze onorthodoxie, deze onafhankelijkheid zijn misschien wel de meest essentiële 20th century skills die er bestaan. Verandering (kijk maar naar de diversiteitsdiscussie of de anti-globaliseringsbeweging) ontstaan niet vanuit het zoeken naar consensus, maar vanuit stelling durven nemen. Niet bang zijn om af en toe op tenen te gaan staan. Maar wel met behoud van relatie, en met het besef dat je later weer met elkaar door moet.
Serious games kunnen door hun aard een bijdrage leveren aan deze vaardigheden. Door hun opzet, waarin conflict en botsende belangen vaak een cruciale rol spelen, kunnen ze mensen helpen om hun gedachten te scherpen en hun positie te bepalen, maar ook om oog te hebben voor de visie van de ander. In mijn vorige blog schreef ik al over games die kunnen bijdragen aan het vergroten van het empathisch vermogen van de speler. “Liefdevolle samenwerking” werd het door een van de deelnemers vanochtend genoemd, en dat vind ik wel een mooie term. Maar liefdevolle samenwerking betekent ook: knokken voor je eigen opvatting, ruimte durven te vragen, en tegen de stroom in durven te gaan. Zowel op een fictieve planeet, ergens ver weg in het heelal, als hier op onze kleine, vervuilde, overbevolkte en complexe planeet.
In mijn volgende blog zal ik dieper ingaan op de vraag hoe serious games die competenties als eigenzinnigheid, effectief omgaan met conflicten, en durf willen trainen eruit kunnen zien.
(Wordt vervolgd)
Auteur Timon Blok